zaterdag 30 maart 2013

woensdag 27 maart 2013

Vandaag word ik wakker met een bonkende hoofdpijn. Ik baal, want ik wil geen hoofdpijn. Ik neem al 2 pijnstillers voordat ik uit bed stap in de hoop dat het minder word en pas dan ga ik onder de douche. Als ik in de kleren ben heb ik het idee dat het minder is geworden. Ik breng de kinderen naar school en zeg hen dat ze vandaag af mogen spreken, maar bij voorkeur niet thuis, omdat ik deze ochtend naar het werk ga en ik deze middag dan wil rusten om bij te tanken voor het afzwemmen van Puck en voor onze reis naar Eurodisney. Na school vertrek ik naar Veghel. In de auto komt de hoofdpijn weer een beetje op, maar het is dragelijk. Ik heb een afspraak om 9 uur. Ik ben mooi op tijd en neem eerst een kopje thee en hang mijn jas weg. Ik moet me concentreren om erbij te blijven, want de hoofdpijn neemt het over. Toch ben ik heer en meester in het niet tonen van deze hoofdpijn, die inmiddels in mijn maag zit. Ik heb een afspraak van 2 uur en het is een afspraak waar ik wel wat mee kan, er kan in ieder geval wat op papier worden gezet over de wijze waarop we het onderwerp de 'Werkuren-factor van SFG' invulling zouden kunnen geven. Aan het einde van het gesprek maak ik melding van de mail, ik wil dat uit mijn systeem. We verwijten elkaar beiden hetzelfde, daar komt het op neer en ik heb eigenlijk niet de puf meer om daar iets van te vinden. Ik ben namelijk volledig opgebrand en ik weet wat dat met me doet. Als vervolgens mij de vraag wordt gesteld of ik dan toch niet wil vertellen waarom ik er niet was breek ik. Ik geef als antwoord dat ik dat niet wil en daarmee is het dan klaar, maar niet voor mij. Door deze directe vraag te stellen ben ik met mijn beleving weer terug in het verleden. Ik voel de angst en de pijn en het fijne gevoel van het gesprek is meteen verdwenen. Ik realiseer me dat dit gesprek, wat zo natuurlijk verliep, er niet zou zijn geweest als het anders was geweest. Ik wil deze gedachte verbannen, maar de hoofdpijn maakt het er niet makkelijker op. Ik moet huilen en loop snel naar de WC en daar zit ik dan op de WC en dik in tranen. Ze blijven maar stromen en ik kan het niet stoppen. Ik ben verschrikkelijk misselijk van de hoofdpijn en gooi wat water over mijn gezicht. Ik neem nog 2 pijnstillers in de hoop dat het minder word. Als ik mijn tranen heb weggeveegd loop ik naar Nelly en Monique. Ik probeer mijn vrolijke gezicht op te zetten, maar dat masker kan ik niet ophouden, mijn kwetsbare ik zit op kantoor en dat wat ik eigenlijk nooit wil laten zien manifesteert zich vanzelf. Het is sterker dan ik. Als ik naar huis rijd ben ik helemaal gesloopt. Ik ga naar school en alle kinderen gaan ergens spelen. Ik loop kokhalzend naar mijn auto en met al mijn kracht die ik nog heb ga ik naar huis. Als ik binnenkom moet ik spugen. Ik ben over al mijn grenzen heen gegaan en ik heb het zelf gedaan. Er is niemand die mij verteld heeft dat ik het zo moest doen. Ik pak een emmer en ga op de bank liggen en blijf daar een uur liggen. Als ik overeind kom dan zie ik sterren. Ik besluit wat te eten, maar de misselijkheid en mijn hoofdpijn blijft. Als Henry thuiskomt dan barst ik in tranen uit. Ik besluit meer medicijnen te nemen, ik wil immers zo graag bij het diploma zwemmen van Puck zijn. Ik neem een maagbeschermer en bouw de medicatie uit met Ibuprofen. Wederom neem ik mijn rust in de hoop dat de misselijkheid en de hoofdpijn verdwijnt. Ik heb het idee dat het iets minder wordt en dat is dan ook mijn wens der gedachte, want mijn wil is zo sterk. Ik ga met Puck naar diploma zwemmen, gekleed in een hemdje en gewapend met een plastic zak. Puck doet het fantastisch en mijn tranen rollen weer over mijn wangen. Ik ben zo trots op mijn meisje. Ruim een half jaar geleden zat ik hier ook te zweten. Toen nog met mijn tulband om, zodat mijn blote bolletjes veilig bedekt was. Het intense gevoel is hetzelfde, de trots en vooral de beleving om bij deze mijlpaal aanwezig te kunnen zijn. Ik zit met mijn plastic zak op schoot en ondanks de hoofdpijn en de misselijkheid, had ik dit voor geen goud willen missen. Puck krijgt haar diploma uitgereikt en een ijsje en is zo trots als een pauw.

We zijn meer dan trots, onze Puck diploma B en nu wil ze niet verder, ze houdt zwemmen voor wat het is en nu kan ze elke dag afspreken :) Ze straalt als ze dat zegt en ik straal met haar mee!

In de auto krijgt ze van mij een kleinigheidje, een armbandje met een bedeltjes waar LOVE op staat en ik vertel haar hoe trots ik ben en dat ik zo van haar houd. De tranen gaan weer over mijn wangen en Puck lacht en zegt dat ze ziet dat ik traantjes van geluk heb en dat is het! Ik heb tranen van geluk, van mega groot geluk. We rijden naar huis en daar wordt Puck al juichend ontvangen. De jongens zijn blij, maar vooral dat we nu dan ook vertrekken naar Eurodisney. Iedereen is in pyjama en Henry heeft de auto helemaal ingepakt en klaargemaakt met kussens, dekens en knuffels. Ik neem een nieuwe dosis pillen en ga zitten met mijn zakje op schoot. De kinderen slapen al snel, maar ik kan de slaap niet vatten. Ik blijf wat liggen in mijn stoel en rond 23 uur is mijn hoofdpijn niet meer te houden. We stoppen even en ik ga naar het toilet. Als ik terug kom neem ik nog 2 paracetamol en dan moeten we nog volgens de routeplanner tot half 2. Niet denken maar doen. We zetten onze reis voort en dan staat er ineens 57 km voor Parijs. Onze routeplanner geeft aan dat we er pas om half 4 zullen zijn. De moed zakt me in de schoenen en net als ik denk dat ik het niet meer ga trekken zegt de radio dat de file opgelost is. Ik ben gewoon blij, we kunnen rijden en uiteindelijk hebben we maar een half uur vertraging. We checken in, gaan meteen naar onze kamer en naar bed en ik val in een hele diepe slaap.....................................

Geen opmerkingen:

Een reactie posten